Het is weer zover! Na opnieuw een jaar harken en schoffelen in Vrije Evangelische grond,waarbij gezegd mag worden dat de laatste drie maanden er extra geploeterd moest worden omdat collega Kasper voor drie maanden in zijn studeerkamer was ondergedoken, knopen wij onze sleurhut weer achter onze Scenic om richting de zon te gaan. Onze sleurhut heeft de deftige naam Chateau wat kasteel betekent,maar eerlijk gezegd heb ik nooit begrepen wat de overeenkomst is tussen de paar vierkante meter waarop Marja en ik onze vakantie doorbrengen en een kasteel.Maar hoe dan ook, we gaan op pad, en gezien het brandstofverbruik lijkt onze Scenic er weer een hele klus aan te hebben om het ‘kasteeltje’ naar Zuid Frankrijk te verplaatsen. Behalve een file van anderhalf uur op de ringweg rondom Parijs verloopt de reis voorspoedig. Dankzij de uitvinding van de tomtom en tot onze opluchting hoeven we geen één keer met het ‘kasteeltje’ achter ons van baan te wisselen. Want ongetwijfeld zou dat nog veel meer getoeter van zenuwachtige Franse weggebruikers om ons heen opgeleverd hebben dan nu het geval is. Zoals ieder jaar worden we ook dit keer weer geconfronteerd met de Franse tolwegen. Met uiterste precisie manoeuvreren we de Scenic met het ‘kasteeltje’achter ons tussen twee hoge stoepranden door om vervolgens voor een onoverzichtelijke betaalautomaat tot stilstand te komen. Nu heb ik op de één of andere manier altijd last van een soort ‘automaten-dyslexie’. Het komt regelmatig voor dat ik verdwaasd sta te kijken bij een parkeerautomaat of een pinapparaat, maar als zo’n automaat dan ook nog de aanwijzingen in het Frans weergeeft wordt het er allemaal niet makkelijker op. Nadat ik eindelijk in de gaten heb waar het geld in gedeponeerd moet worden doet er zich nog een probleem voor. Omdat het ‘kasteeltje’ breder is dan de Scenic sta ik verder af van de automaat dan mijn armen lang zijn. Tot groot leedvermaak van mijn reisgenote word ik gedwongen mijn soepele lijf door het raampje naar buiten te wurmen en zo onder het nodige gezucht en gesteun,want het is ondertussen ruim 30 graden, mijn papiergeld in een of ander gleufje te froemelen en vervolgens met een laatste krachtsinspanning het wisselgeld uit een bakje te graaien dat nog verder van mijn bijna-uit-de-kom-geschoten arm verwijderd is. U begrijpt wel, dat het niet meevalt, om op vakantie te gaan. Gelukkig werd het leedvermaak van mijn reisgenote op de terugweg afgestraft. We hadden een alternatieve route verzonnen om de protesterende boeren en de hardfietsende tourrenners te ontwijken, maar we ontkwamen er niet aan toch nog een stukje tolweg mee te pakken. Zoals altijd pak ik het bonnetje aan van de Franstalige automaat en geef het dan vervolgens aan mijn lieftallige reisgenote. Op dat moment had zij haar schoot vol met een landkaart, een thermoskan, een snijplank, een stokbrood, een pot jam en een groot broodmes en een heleboel kruimels. Het kaartje wordt aangepakt en we vervolgen onze reis. Toen we echter de tolweg verlieten en het kaartje weer tevoorschijn moest komen was het in geen velden of wegen te bekennen. Na een gemoedelijke conversatie over de vraag wiens schuld het is dat het kaartje weg is, besluit mijn reisgenote naar de automaat te lopen en een gesprek aan te gaan met de onzichtbare dame achter het microfoontje van de automaat. De dame spreekt net zo goed Engels als wij Frans spreken, dus het werd een langdurig en geanimeerd gesprek. Uiteindelijk begrepen we dat we ons geld in een soort brievenbusje mochten doen en nadat dit gebeurd was maakte de dame ons duidelijk dat er geen mogelijkheid was wisselgeld te geven. Het werd dus een duur ritje al met al. De Scenic en het ‘kasteeltje’ mochten onder de slagboom door en de reis kon na ruim een kwartier worden voortgezet. Het duurde slechts enkele minuten of ergens van onder de zetel van mijn medepassagier kwam het bewuste kaartje tevoorschijn. U gelooft het of niet….maar ik heb niets gezegd. Na twee dagen en ruim 1300 kilometer mochten we weer veilig thuiskomen. U hebt het wel weer gehoord, we hebben weer een fantastische vakantie gehad.
0 Commentaires
|
columns van peter
Mei 2024
|