De verkiezingswind is weer gaan liggen in Nederland. Na wekenlang geroep van rechts dat Nederland niet ver verwijderd is van een identiteitsverandering richting een islamitische dictatoriale staat en geroep van links dat de lucht die we inademen puur vergif is, valt mijn oog ineens op een klein artikeltje in de krant. De Nederlanders zijn gelukkig! 90 Procent van het Nederlandse volk is tevreden met z’n bestaan. Huh…..hoe kan dat? Hebben we het over hetzelfde land en over hetzelfde volk waar de afgelopen weken politici en fanatici elkaar bekogelden met oneliners? Het lijkt zo te zijn. Hoe kan dan het verschil zo groot zijn? Dat komt naar mijn idee omdat je de zwijgende meerderheid niet hoort. En het zijn juist die zwijgers die over het algemeen helemaal niet zo ontevreden zijn met hun bestaan. Heel veel Nederlanders leven boven de armoedegrens, hebben te eten, zijn redelijk gezond en zijn in staat hun hypotheek te betalen. En de kans dat we door een aanslag van radicale moslims om het leven komen is te verwaarlozen. Bovendien mogen we denken, geloven en schrijven wat we willen. In feite is Nederland – zeker in vergelijking met andere landen – superveilig en is het over algemeen genomen goed toeven in ons kikkerlandje. Na alle kritiek die ons van links en rechts om de oren vloog de afgelopen weken is het wel weer eens goed om te beseffen dat het overgrote deel van ons nuchtere volkje noch altijd weet wat relativeren is. Daar even over door mijmerend vroeg ik me af hoe dat dan in kerkelijk Nederland zou zijn. De overeenkomst met ons vaderland is dat de kerk waar ik lid van ben (bijna alleen maar) uit Nederlanders bestaat. We mogen daarom aannemen dat het merendeel van het kerkvolk daarom niet ontevreden zal zijn over z’n leventje en dat ook het merendeel niet ontevreden zal zijn over het kerkelijk leventje. Maar ook in de kerk kun je te maken krijgen met geroep van linker – of rechterzijde dat er wel het één en ander aan mankeert. Van rechts wordt er geroepen dat we onze identiteit dreigen te verliezen en van links worden er stemmen gehoord dat de geestelijke lucht die we inademen steeds meer naar spruitjes begint te ruiken. En natuurlijk, af en toe zullen de criticasters wel een puntje hebben en zullen er hier en daar ook wel eens schoonheidsfoutjes optreden. Maar als wij alleen maar luisteren naar de roepers en niet beseffen dat er 90 procent zwijgers zijn, dan kan er maar zo een vertekend beeld ontstaan. Nadeel is dat het geroep van de 10 procent mopperaars veel harder binnenkomt en dat je door de tranen in je ogen de tevreden blik van de 90 procent zwijgers niet meer ziet. Misschien ben ik te optimistisch, maar ik wil er vanuit blijven gaan dat er waarneembaar verschil is tussen het Nederlandse volk en het kerkvolk. Van kerkmensen mag je verwachten dat zij zich willen laten leiden door het zogenaamde GGA principe. Een principe dat maakt dat we ons niet willen laten leiden door onze emoties, dat we ons niet richten op onderlinge verschillen maar op wat samenbindt en dat we ons in onze onderlinge omgang willen focussen op ons grote Voorbeeld, die zich wegcijferde voor het welzijn van de ander. Wat zou het geweldig zijn als dit principe onze levens en dus ook ons onderlinge leven meer en meer zal gaan doortrekken. Want in een samenleving waar het GGA principe werkt vertellen de zwijgers elkaar hoe geweldig tevreden ze zijn en houden de roepers hun kiezen wat vaker op elkaar. O ja, misschien vraagt u zich af wat het GGA principe is? U kunt het lezen in Efeziërs 4:20 (NBG): Gij Geheel Anders….!
0 Commentaires
|
columns van peter
Mei 2024
|